IgG-VOEDINGSALLERGIE
Wanneer u lijdt aan een chronische klacht die maar niet verdwijnt, kan de oorzaak wel eens een IgG-voedingsallergie (type III) zijn. IgG-voedingsallergieën blijven vaak onopgemerkt doordat de symptomen pas een paar uur of zelfs dagen na het innemen van een “trigger voedingsmiddel” optreden. Hierdoor zijn ze heel moeilijk te identifceren.
IMUPRO
Individuele voedingsanalyse en gepersonaliseerde toelichting. ImuPro is een concept dat een geperfectioneerde en betrouwbare bloedanalyse voor IgG-voedingsallergie combineert met onze unieke toelichting na de test.
Mogelijke symptomen
GASTRO-INTESTINALE KWALEN
- Opgeblazen gevoel
- Constipatie
- Ziekte van Crohn
- Diarree
- Prikkelbare Darm Syndroom (PDS) Misselijkheid
CHRONISCHE PIJN
- Hoofdpijn Migraine
OVERGEWICHT
- Chronische gewichtsproblemen Obesitas
HUIDPROBLEMEN
- Constitutioneel eczeem-achtige huidproblemen Eczeem
- Psoriasis
Gelukkig kunnen een betrouwbare diagnostische test en een betrouwbaar voedingsconcept helpen: ImuPro. Met ImuPro komt u erachter of een vertraagde voedingsallergie de oorzaak kan zijn voor uw chronische klachten.
Wat is een IgG-voedingsallergie? Bij type III- voedingsallergieën reageert het immuunsysteem op voedingsallergenen die gewoonlijk onschadelijk zijn en produceert het speci eke antilichamen genaamd IgG- antilichamen. Deze antilichamen kunnen dan voor ontstekingsreacties zorgen die dan weer tot verschillende chronische klachten kunnen leiden. De symptomen zijn vertraagd.
Let op: Een IgG-voedingsallergie moet niet worden verward met een klassieke voedingsallergie (type I). Bij een type I-allergie maakt je immuunsysteem IgE-antilichamen aan. Deze antilichamen zorgen voor een directe allergische reactie. De symptomen verschijnen binnen een paar seconden of minuten: hevige zwelling, moeite met ademhalen, uitslag, jeukende huid of zelfs een anafylactische shock. ImuPro test niet op IgE-voedingsallergieën.
De oorsprong van een groot aantal chronische klachten is nog niet geïdentifceerd. Men neemt aan dat door IgG veroorzaakte voedingsallergieën (type III) een rol spelen bij sommige chronische aandoeningen en daarom mogelijk een interessante en veelbelovende therapeutische werking bieden. Deze interacties zijn echter nog niet wetenschappelijk bewezen en zijn nog altijd een punt van discussie onder wetenschappers. Hiertegenover staat een groeiend aantal publicaties en
een groot aantal anekdotische bewijzen die het idee steunen dat eliminatiediëten gebaseerd op voedingsmiddelspecifeke IgG-antilichaammetingen zullen leiden tot verbetering van de klachten bij patiënten.
1 De eliminatiefase
Tijdens de eliminatiefase mag u alle voeding zonder verhoogde niveaus met IgG-antilichamen eten in een rotatiecyclus van 4 dagen. Dit helpt bij het voorkomen van de ontwikkeling van nieuwe vertraagde voedingsallergieën en voorkomt tekorten aan voedingsstoffen. Tijdens deze fase moet alle voeding met verhoogde niveaus van IgG- antilichamen vermeden worden. Door deze te vermijden kan het ontstekingsproces verminderen of zelfs helemaal stoppen.
2 De Provocatiefase
Na de eliminatiefase begint u met de provocatiefase, waarin u geleidelijk de te vermijden voedingsmiddelen één voor één herintroduceert. De provocatiefase helpt u om uw persoonlijke “trigger foods” te vinden. Er mag maar één nieuw voedingsmiddel per keer geïntroduceerd worden om erachter te komen of dit voedingsmiddel verantwoordelijk is voor uw klachten.
3 De Stabilisatiefase
Tijdens de stabilisatiefase moeten de “trigger foods” minstens een jaar vermeden worden, zodat de IgG antilichamen afgebouwd kunnen worden en uw lichaam zich kan herstellen. Hierna mag u nog een provocatiefase starten. Het kan zijn dat u erachter komt dat u één of twee voedingsmiddelen voor altijd zult moeten vermijden.